Vanaf 2020 kan voor het eerst gebruik gemaakt worden van de gelegenheid om aangelegde liquidatiereserves uit te keren aan 15 % roerende voorheffing. De liquidatiereserve is, samen met de VVPR-regeling de enigste mogelijkheid om aan verlaagd tarief roerende voorheffing winsten aan natuurlijke personen uit te keren. Maar vanaf 1 januari 2020 treden voor de BV en de CV de strengere vennootschapsrechtelijke regels inzake winstuitkeringen in werking. Dus hoog tijd om alle risico’s en tips te bundelen.
Deel 1
Na een theoretische uiteenzetting over het aanleggen van de liquidatiereserve, waarin onder meer veel aandacht besteed wordt aan het begrip “kleine” vennootschap die door de Rulingcommissie de afgelopen maanden werd gepreciseerd, onderzoeken we alle fiscale en vennootschapsrechtelijke aandachtspunten bij de aanwending van eerder aangelegde liquidatiereserves.
Deel 2
In het tweede deel gaan we dieper in op de VVPRbis- regeling, inzonderheid over de gevolgen voor de vof, de CV en de BV na de inwerkingtreding van het nieuwe Wetboek Vennootschappen en Verengingen (WVV).
Deel 3
In het derde deel bespreken we het vennootschapsrechtelijk kader dat vanaf 1 januari 2020 steeds toepasselijk zal zijn, met nadruk op de BV. In het nieuwe WVV wordt enerzijds aan de mogelijkheid geboden winstuitkeringen van de winsten van het lopend boekjaar te doen (interimdividenden), maar anderzijds worden de regels tot bescherming van het vermogen (nettoactieftest en liquiditeitstest) strenger.
Vragen
Volgende vragen komen (onder meer) aan bod:
- Vanaf wanneer kan ik dividenden uit de aangelegde liquidatiereserves aanleggen ?
- Wat zijn de gevolgen als men bij controle na verloop van tijd vaststelt dat de vennootschap die een liquidatiereserve geen “kleine” vennootschap is ?
- Welke voorwaarden moeten vervuld zijn voor de liquidatiereserve ?
- Moet u vrezen voor de liquiditeitstest bij winstuitkeringen in de BV en CV vanaf 2020 ? welke formaliteiten moeten we vervullen ? wat zijn de risico’s ? Quid wat betreft dividenduitkeringen in de NV ?
- Kan men zonder risico liquidatiereserve aanleggen tijdens de vereffening ?
- Moet elke aandeelhouder een gelijk dividend ontvangen ? Biedt het nieuwe WVV nieuwe mogelijkheden terzake ?
- Hoe kan men onderscheid maken tussen aandeelhouders- rechtspersonen en aandeelhouders- natuurlijke personen ?
- Hoe de VVPR regeling toepassen op de comV en VOF na 1 mei 2019?
- Hoe de VVPR regeling toepassen op de BV na het afschaffen van het minimumkapitaal ?
- Hoe werkt de liquidatiereserve na fusie ?
Dit alles wordt opgenomen in een uitvoerige praktijkgerichte syllabus.